Profiel 1
Leerlingen die praktisch ingesteld zijn en graag met hun handen werken. De bezige bijen. Deze leerlingen verkiezen praktijkgerichte activiteiten boven theoretisch onderwijs en geven er de voorkeur aan om functioneel bezig te zijn. (De twee klassen zijn verder onderverdeeld op basis van leeftijd, zelfredzaamheid, maturiteit, doelstellingen en klasdynamiek?)
Profiel 2
Leerlingen die extra behoefte hebben aan een veilige, duidelijke omgeving met veel begeleiding. Hier biedt men een helder gestructureerd programma met vooraf vastgestelde inhoud. Bij deze leerlingen verloopt de ontwikkeling van de executieve functies moeizamer. Voor hen is het extra moeilijk om te plannen, gedrag te reguleren, zich flexibel op te stellen, emoties te beheersen, tijd in te schatten of een stappenplan te volgen.
Profiel 3
Leerlingen die zich cognitief willen laten uitdagen. Leerlingen die het traditionele lesgeven missen en juist hun denkvermogen zo veel mogelijk willen stimuleren. Hun doelen zijn voornamelijk gericht op het bevorderen van hun zelfstandigheid.
We streven naar de OV1 doelen vanuit een cognitieve insteek zonder daarbij formatief te evalueren. Geen taken, geen toetsen/examens, enkel een evaluatie van de individuele ontwikkelingsdoelen.
Profiel 4
Leerlingen die behoefte hebben aan extra nabijheid en die een hogere stressgevoeligheid ervaren. Zij werken doorgaans in een trager tempo. Hun belangrijkste doelen zijn vrijetijdsinvulling, het vergroten van zelfredzaamheid/weerbaarheid en het aanleren van structuur.